Vullen of Voeden?
Voeden of vullen?
Het is geen nieuws dat wat we tot ons nemen, onze voeding, een grote invloed heeft op onze gezondheid en herstel. Dat voeding een onderdeel uit maakt van het spinnenweb van positieve gezondheid, is dan eigenlijk ook geen verrassing. Echter er is bijna geen onderwerp waarbij het spreekwoord ‘zoveel hoofden, zoveel zinnen’ opgaat. Iedereen heeft wel een mening over welke voeding dan juist is.
Laat dus voorop staan dat wij niet beweren de waarheid hierin, in pacht hebben. Echter, meer kennis rondom en over voeding, kan wel bijdragen aan het maken in – mogelijk andere – keuzes. In dit artikel een kleine uiteenzetting van wat basiskennis rondom balans in voeding.
Waarom moet het eigenlijk, eten?
Voeding is de energiebron voor ons lichaam om de dag mee door te komen. We hebben het dus nodig om te kunnen leven, groeien, leren, functioneren. Tegelijkertijd heeft wat wij doen op een dag, ook invloed op hoeveel energie (voeding) we nou eigenlijk nodig hebben.
Ons verbruik aan energie (en dus wat we nodig hebben) wordt – eenvoudig gezegd – bepaald door een basisstofwisseling en een ‘extra stofwisseling’.
De basisstofwisseling wordt bijvoorbeeld bepaald door je leeftijd; als we in de groei zijn, kost de groei letterlijk veel energie van het lichaam. Ook de samenstelling van je lichaam heeft invloed op je stofwisseling; spieren kosten het lichaam meer energie dan vetmassa. Dus hoe meer spieren, hoe hoger ook de basis stofwisseling is, maar ben je juist kleiner/lichter, is de kans ook groot dat je lichaam minder energie nodig heeft. Ook genetische factoren of medische/hormonale factoren kunnen echter van invloed zijn op je basisstofwisseling.
De ‘extra stofwisseling’ is de energie die we verbranden door hoeveel we bijvoorbeeld bewegen. Rij je met de auto naar je werk, en zit je daar achter de computer, dan verbrand je als vanzelfsprekend minder energie dan wanneer je heel de dag lichamelijk zwaar werk doet, of dagelijks intensief sport. Dus hoe meer we bewegen, hoe meer energie we ook nodig hebben. En vice versa.
Vaak als het gaat over ‘gezond eten’ is de context dat mensen willen afvallen of juist moeilijk aankomen. Hierin is het eigenlijk heel simpel: eet je meer dan de hoeveelheid energie die je gebruikt? Dan kom je aan. Eet je minder, dan val je af.
Maar is daar dan alles mee gezegd…
Voeden of vullen?

Bron foto: personal body plan
Een handje M&M’s of een handje walnoten; als we puur kijken naar calorieën (op verpakkingen vaak aangeduid als kcal, die geven de hoeveelheid energie weer die voeding geeft) zou je geneigd zijn om te denken dat de M&M’s een betere keuze zijn. Maar is het ook zo simpel?
Is je doel aankomen of afvallen op de korte termijn? Dan is inzicht krijgen in hoeveel energie je eigenlijk nodig hebt, en ‘calorieën tellen’ zeker een effectieve strategie. Echter gaat het bij wat we eten niet alleen om de hoeveelheid energie die we binnenkrijgen, maar ook om welke voedingsstoffen voeding bevat, en wat dat voor ons lichaam doet.
Zo bevatten walnoten heel veel gezonde vetten (waardoor ze dus heel hoog in calorieën zijn) en mineralen. Daarentegen bevatten M&M’s vooral suiker en kleurstoffen. Het vult wel, maar voedt het ook?
Voor dit artikel gaat het wat ver om per type voeding te duiden wat het doet voor onze gezondheid; maar algemeen genomen weten we dat onbewerkte voeding (dus eten wat nog te herkennen is vanuit de ‘natuur’ als het ware) beter is voor onze gezondheid dan bewerkte voeding.
Voorbeeld: Gekookte of gebakken aardappelen (onbewerkt) versus chips (ook aardappel, maar dan bewerkt).
Voorbeeld: Kipfilet (onbewerkt) versus kip grillworst (bewerkt)
Bewerkte producten bevatten vaak ook veel meer energie (calorieën) dan onbewerkte varianten, waardoor we soms ongemerkt veel meer energie binnenkrijgen, dan we in de gaten hebben. En laten we wel wezen; de bodem van een bakje Ben en Jerry’s ijs is vaak sneller in zicht dan die van een halve liter kwark.
Voeding en chronische aandoeningen
We weten dat voeding een zeer belangrijke factor is op onze gezondheid. Het risico op chronische aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, diabetes type 2, obesitas en kanker kan verhoogd worden door een voedingspatroon dat bestaat uit veel suikers, verzadigde vetten en bewerkte voedingsmiddelen. Obesitas verhoogd ook het risico op het ontwikkelen van artrose. Een gezond en evenwichtig voedings- (en beweeg) patroon kan het risico op deze aandoeningen juist verlagen. Lees hier meer over laaggradige ontstekingen en de invloed hiervan op onze gezondheid.
Balans
Mag het dan nooit meer? Een bolletje ijs? Een bakje chips. Dat hoor je ons zeker niet zeggen (en leven we zelf ook niet na). Uiteindelijk gaat het om balans in het leven. Vaak wordt de 80/20 regel als advies gegeven; streef ernaar 80% van je voeding onbewerkt te laten zijn, en maximaal 20% bewerkt. Maar kom je nu van 20 (onbewerkt) – 80 (bewerkt)? Dan is 30-70 ook al winst!
Hoe we omgaan met onze voeding, ons gedrag rondom voeding, komt veelal voort uit gewoontes. Gewoontes zijn ‘de makkelijkste weg’ voor ons lichaam, iets waar we eigenlijk niet over na hoeven te denken. Daarmee zijn ze helaas ook niet altijd makkelijk om te veranderen. Maar iedere kleine positieve stap die we aanpassen in ons patroon als het gaat om voeding, is er één. En door steeds kleine stappen te veranderen, veranderen we uiteindelijk een groter patroon en kan dit blijvend zorgen voor gezonder eetgedrag, ook op de lange termijn. Dus elke kleine stap is er één, en is een belangrijke!
Kort samenvattend; voeding is noodzakelijk als energie bron, maar waar we ons mee voeden, is van invloed op onze gezondheid. De energiebehoefte van ons lichaam hangt af van zowel de basisstofwisseling (zoals leeftijd en spiermassa) als van hoeveel we bewegen, en is daarmee per persoon verschillend. ‘Gezond eten’ draait echter niet alleen om calorieën tellen, maar vooral ook om de voedingswaarde: onbewerkte producten voeden het lichaam beter dan bewerkte varianten die vooral “vullen”. Een voedingspatroon met veel suiker en vet verhoogt het risico op chronische ziekten, terwijl een evenwichtig eet- en beweegpatroon dat juist verlaagt. De sleutel ligt in balans, bijvoorbeeld via de 80/20-regel, waarbij vooral onbewerkte voeding wordt gekozen. Kleine, blijvende veranderingen in eetgewoonten kunnen uiteindelijk leiden tot een gezonder voedingspatroon.
